Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu
Vorige pagina

Raad voor maatschappelijk welzijn besluitenlijst - publiek

maandag 20 december 2021

20:09 - 20:12
Locatie

Digitaal

Voorzitter
Lukas Jacobs
Toelichting

Publicatiedatum 23-12-2021.

Agendapunten

  1. 0
    Uitgebreide dagorde
  2. 1
    PERSONEEL EN INTERNE ORGANISATIE
  3. 1.a

    Als werkgever moet je je medewerkers beschermen zodat zij veilig kunnen werken en hun welzijn en gezondheid gegarandeerd zijn. Dit gebeurt aan de hand van een dynamisch risicobeheersingssysteem. Eén van de basiselementen van dit systeem is de risicoanalyse en de preventiemaatregelen die eruit voortvloeien. De risicoanalyse houdt in dat je als werkgever systematisch en permanent alert bent voor gevaren en risicofactoren. Als werkgever analyseer je de concrete arbeidsprocessen en arbeidssituaties met als doel risico’s te identificeren en preventieve maatregelen te bepalen.


    In een globaal preventieplan (afgekort GPP) staan de preventiemaatregelen die het bestuur als werkgever formuleert op basis van de risicoanalyse. Het GPP loopt over vijf jaar en dient als basis voor het jaaractieplan (afgekort JAP). Het preventieplan biedt een overzicht van de aanwezige risico’s in het bestuur en toont aan wat het bestuur zal doen om deze risico’s uit te schakelen of te beperken.


    Het jaaractieplan is de praktische uitwerking van het globaal preventieplan. Dit plan wordt opgesteld in het kader van het dynamisch risicobeheersingssysteem. In het JAP beschrijft het lokaal bestuur welke actiepunten concreet het komende jaar zullen uitgevoerd worden om risico’s in het bestuur uit te schakelen of te beperken.


    Het GPP 2019-2024 werd door de raad voor maatschappelijk welzijn goedgekeurd op 16 december 2019. Het JAP 2022 werd uitgewerkt in overleg met de externe preventiedienst Liantis. Het syndicaal onderhandelingscomité verleende op 1 december 2021 zijn positief advies aan het JAP 2022.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN KEURT HET JAARLIJKS ACTIEPLAN VAN HET GLOBAAL PREVENTIEPLAN VOOR HET DIENSTJAAR 2022 GOED.

  4. 2
    FINANCIËN EN PATRIMONIUM
  5. 2.a

    Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt dat het meerjarenplan van het lokaal bestuur (gemeente én OCMW) start in het tweede jaar na de lokale en provinciale verkiezingen en dat ze loopt tot het einde van het jaar na de daaropvolgende verkiezingen. Dit betekent dat de nieuwe bewindsploegen in 2019 hun strategische en financiële planning voor de bestuursperiode van 2019 tot 2024 opmaakten en vastlegden in één geïntegreerd meerjarenplan voor gemeente én OCMW voor de periode van 2020 tot 2025. Het meerjarenplan wordt opgemaakt volgens de regels over de beleids- en beheercyclus (BBC). Binnen het meerjarenplan blijft een duidelijk onderscheid bestaan tussen de kredieten van gemeente en die van het OCMW omdat elke rechtspersoon voor de eigen verplichtingen en verbintenissen blijft instaan. Het meerjarenplan bestaat uit drie onderdelen, met name de strategische nota, de financiële nota (bestaande uit de financiële doelstellingen, de staat van het financieel evenwicht en een overzicht van de kredieten) en de toelichting.


    Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 bepaalt tevens dat de gemeenten en de OCMW’s een geïntegreerd aangepast meerjarenplan hebben, maar hun eigen bevoegdheden voor de vaststelling ervan hebben. Zowel de gemeenteraad als de raad voor maatschappelijk welzijn moet eerst zijn eigen deel van het aangepaste meerjarenplan vaststellen. Daarna kan de gemeenteraad het deel van het aangepaste meerjarenplan dat de raad voor maatschappelijk welzijn heeft vastgesteld, goedkeuren, waardoor de aanpassing definitief is vastgesteld.  De goedkeuring van de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes die de raad voor maatschappelijk welzijn maakt. Naar aanleiding hiervan zal de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn de zitting van de gemeenteraad voorafgaan.


    Tijdens de gemeenteraadscommissie op 13 december 2021 wordt het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 besproken.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN STELT HET AANGEPASTE MEERJARENPLAN 2020-2025 VOOR HET GEDEELTE OCMW VAST.

  6. 2.b

    Jaarlijks dient een lijst opgemaakt te worden met nominatieve subsidies ten voordele van verschillende verengingen. Deze subsidies kunnen exploitatie- of investeringstoelagen zijn. Deze subsidies zijn niet vastgesteld in een gemeentelijk subsidiereglement. De lijst met nominatieve subsidies maakt vanaf 2020 geen onderdeel meer uit van het meerjarenplan. De nodige kredieten voor deze subsidies zijn wel voorzien in het aangepaste meerjarenplan 2020-2025.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN STELT DE LIJST MET NOMINATIEVE SUBSIDIES VAST.

  7. 3
    TOEGEVOEGDE AGENDAPUNTEN
  8. 3.a

    Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd om het volgende agendapunt aan de huidige agenda van de zitting wegens
    hoogdringendheid toe te voegen: “Bijzonder comité voor de sociale dienst - onderzoek van de geloofsbrieven van de heer Johan Cassimon (Open VLD)”.


    Het verplicht aantal van twee derde van de aanwezige leden van de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gehaald om hierover een beslissing te nemen.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN BESLIST OM HET VOORGESTELDE AGENDAPUNT TOE TE VOEGEN AAN DE ZITTING.

  9. 3.b

    Tijdens de installatievergadering van de raad voor maatschappelijk welzijn van 7 januari 2019 werd als einddatum voor het mandaat van mevrouw Ann De Buysscher (Vooruit)  31 december 2021 vermeld. De heer Johan Cassimon (Open VLD) werd aangeduid als opvolger van mevrouw Ann De Buysscher als lid van het bijzonder comité sociale dienst met ingang van 1 januari 2022 en volgt Ann De Buysscher van rechtswege op. De geloofsbrieven van de heer Johan Cassimon dienen nog onderzocht te worden.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN ONDERZOEKT DE GELOOFSBRIEVEN VAN DE HEER JOHAN CASSIMON EN STELT VAST DAT BETROKKENE VOLDOET AAN DE NODIGE VOORWAARDEN OM AANGESTELD TE WORDEN ALS LID VAN HET BIJZONDER COMITÉ SOCIALE DIENST VAN KALMTHOUT. DE HEER JOHAN CASSIMON WORDT UITGENODIGD OM DE EED AF TE LEGGEN ALS LID VAN HET BCSD. HET PROCES-VERBAAL VAN DEZE EEDAFLEGGING WORDT AAN DE VOORZITTER VAN HET BCSD BEZORGD.

  10. 4
    GOEDKEURING VAN HET VERSLAG
  11. 4.a

    Aan de raad voor maatschappelijk welzijn wordt gevraagd om het verslag van de vergadering van 29 november 2021 van de raad voor maatschappelijk welzijn goed te keuren.


    DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN KEURT HET VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN 29 NOVEMBER 2021 GOED.